“We zitten nog vroeg in het project, waardoor het eigenlijk te vroeg is om al conclusies te trekken,” vertelt Judith. “Maar ik kan al wel benoemen dat we een duidelijke koppeling zien tussen een laag zuurstofgehalte in de bodem en een afname van mineralisatie in de bodem en een verminderde bodemactiviteit.”
“Alle ondernemers zijn heel enthousiast over de metingen die wij op de percelen doen. Ze zijn zeer geïnteresseerd in de gegevens die de bodemsensoren en bodemanalyses opleveren. Het geeft de ondernemer inzicht in wat er gebeurt op zijn perceel, zodat hij gericht actie kan nemen,” zegt Judith. “We zien bijvoorbeeld dat als het zuurstofgehalte in de bodem laag is, dit te herleiden is naar bepaalde teelthandelingen, bodembewerkingen of ziektes. De eerste analyses tonen aan dat zuurstof een hele belangrijke rol speelt op de activiteit van het bodemleven en op het functioneren van het perceel in z’n geheel. We weten dat je het zuurstofgehalte in de bodem kunt verbeteren door de hoeveelheid organische stof te verhogen en de vochtbalans op orde te houden. Maar bovenal is de structuur van de bodem essentieel. Daarom is het belangrijk om slechts op bepaalde momenten, niet te veel en niet met te zware machines op het perceel te rijden. Een bodemstructuur die verdicht is bevat namelijk minder zuurstof. Het bodemleven dat koolstof vastlegt in de bodem heeft juist zuurstof nodig.”
“Alle processen in de bodem hebben verband met en invloed op elkaar. Dat maken we inzichtelijk met de combinatie van bodemlevensensoren en de laboratoriumanalyses. De bewustwording bij de boeren van de onderlinge relaties tussen acties of situaties op het perceel en de gevolgen voor de bodem en het gewas, kan veel opleveren. Dat is waar we het allemaal voor doen”, zegt Judith. We zijn nu bijna 2 jaar bezig, maar organische stof in de bodem opbouwen kost tijd. In vijf tot zes jaar kun je heel veel bereiken. De eerste resultaten zijn veelbelovend.”